Zeeuwse hangmosselen zijn er al sinds het begin van deze maand. Ze vormen echter maar een klein deel van de totale Nederlandse mosselcultuur. Volgende week, namelijk op 5 juli, start het mosselseizoen pas echt met de eerste bodemschelpen.
Slechts een enkele frituurprofessional zal er wakker van liggen, maar toch zijn mosselen en de frituur nauw verbonden. Want al is mosselen-met-friet vooral bij onze zuiderburen elk jaar een hit, bij gespecialiseerde frituurbedrijven vind je het gerecht maar zelden op de kaart. Het zijn toch vooral restaurants die mosselen met friet en bier serveren.
Nationaal gerecht
Hoe je het ook wendt of keert, je kunt de mossel eigenlijk in één adem noemen met de frituur. 150 jaar geleden werden op de Brusselse kermis al mosselen met friet verkocht. Rond dezelfde tijd kwamen namelijk de eerste mosselen uit vooral de Nederlandse wateren. De Oosterschelde en de Waddenzee zijn van oudsher de belangrijkste kweekgebieden.
Eind negentiende eeuw ontstond in Brussel bovendien het fameuze frituurrestaurant Chez Léon, waar mosselen en friet nu ver over een eeuw de specialiteit van het huis zijn. Chez Léon heeft er belangrijk aan bijgedragen dat mosselen met friet een nationaal Belgisch gerecht geworden is.
Belangstelling groeit
Ruim zestig procent van de Zeeuwse mosselen gaat dan ook de grens over richting Vlaanderen. Hoewel de belangstelling de laatste jaren groeit, blijven Nederlanders vooralsnog beperkt te porren voor mosselen. Zeker veertig procent van de Belgen eet minstens één keer per jaar mosselen, tegen hooguit 15 tot 20 procent van de Nederlanders. Per hoofd verorberen Belgen 2,5 kilo mosselen per jaar, wij gemiddeld een kilootje minder.
Volgens de kenners is het een goed mosseljaar en zijn de mosselen vlezig. Overigens zijn mosselen minder een seizoensgebonden product dan je denkt. Met ingang van deze maand zijn ze namelijk tot april 2024 verkrijgbaar. Eigenlijk alleen in de lente zijn verse mosselen niet voorradig.