In het maatschappelijke debat over de gezondheidsachterstand in Nederland, mogen snackbars en fastfoodwinkels niet als enige bedrijfstak worden genoemd als veroorzaker van het probleem. Dat zegt Stannie Driessen, directeur van de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS). Daarnaast moet de discussie volgens haar niet alleen gaan over ongezond voedsel, maar ook over een ongezonde leefstijl. De RVS is in dialoog met de Vereniging Professionele Frituurders.
De Raad voor Volksgezondheid & Samenleving is ongerust over de gezondheidsverschillen in Nederland. In het rapport ‘Een eerlijke kans op een gezond leven’ dat de RVS op 7 mei 2021 publiceerde, doet de raad zeven aanbevelingen om iedereen een kans te geven op goede gezondheid en een menswaardig bestaan. De RVS pleit onder meer voor ‘het doorbreken van de markt van verleidingen tot ongezond eetgedrag’. Volgens de raad moet op landelijk niveau ruimere wettelijke mogelijkheden worden gecreëerd om via de Wet publieke gezondheidszorg, de Warenwet en de Omgevingswet de leefomgeving zodanig in te richten dat iedereen gestimuleerd wordt om gezond te eten.
Frietmanifest overhandigd
Gemeenten moeten meer mogelijkheden krijgen om het teveel aan snackbars en fastfoodwinkels te weren, schrijft de RVS. Die uitspraak stuitte de Vereniging Professionele Frituurders (ProFri) tegen de borst. Als reactie heeft de vereniging een frietmanifest samengesteld dat RVS-directeur Stannie Driessen op maandag 1 november in ontvangst nam tijdens de algemene ledenvergadering van ProFri.
Half procent kilocalorieën
“We ergeren ons eraan dat in het rapport geen enkele andere bedrijfstak bij naam wordt genoemd, behalve snackbars en fastfoodwinkels”, zegt ProFri-directeur Frans van Rooij. “En dat terwijl nog geen half procent van de kilocalorieën in Nederland via de frituurbranche wordt verkocht. Het is heel raar dat onze bedrijfstak stelselmatig wordt gekoppeld aan overgewicht en de gezondheidsachterstand. Niet alleen de RVS doet dat, ook het RIVM, gemeenten en de media.”
‘Friet niet synoniem voor ongezonde voeding’
De vereniging staat, behalve de gewraakte uitspraken, wel achter het rapport van de RVS. ProFri zegt de problemen van de gezondheidsachterstand in Nederland niet te ontkennen. “Echter staan friet, kroketten en andere gefrituurde lekkernijen niet synoniem voor ongezonde voeding. Ongezond voedsel bestaat per definitie niet, wel een ongezonde leefstijl.”
Supermarkten niet benoemd
Volgens RVS-directeur Stannie Driessen ligt het inderdaad aan de leefstijl, maar ook aan de leefomgeving. “Als het aanbod laagdrempelig is, ook rond scholen, dan is het heel moeilijk om die verleiding te weerstaan. Dat geldt niet alleen voor de frituurbranche maar bijvoorbeeld ook voor de supermarkten.” Van Rooij wijst erop dat het RVS-rapport juist die branche niet benoemd. “En dat terwijl het de grootste kilocalorieleverancier van Nederland is.”
Niet eenzijdig snackbars benoemen
In het maatschappelijke debat mag de focus niet alleen op de frituurbranche liggen, erkende Driessen tijdens de algemene ledenvergadering van ProFri. “We moeten inderdaad niet eenzijdig één sector benoemen. Het gaat onder meer ook om de supermarkten, de Unilevers, de frisdrankindustrie, schoolkantines, bedrijfsrestaurants en tankstations.”
Begin van dialoog
ProFri zegt ‘heel blij’ te zijn dat de RVS-directeur het manifest in ontvangst heeft genomen. Van Rooij: “We hopen dat dit het begin is van een dialoog en dat we betrokken worden bij de aanpak van de gezondheidsachterstand in Nederland. Immers, met elkaar samenwerken is productiever en zal sneller de beoogde resultaten helpen realiseren. De enige voorwaarde die we als vakvereniging stellen, is dat het eerlijk gebeurt.”
Verwachtingen van ProFri
ProFri zet in haar manifest zeven verwachtingen uiteen. De vereniging wil dat gefrituurde producten niet meer worden vereenzelvigd met ongezonde voeding en een onverantwoord eetpatroon, zowel in rapporten als in de media. Verder mogen snackbars en fastfoodwinkels niet meer worden aangewezen als veroorzakers van de gezondheidsachterstand. “Daardoor worden simplistische oplossingen naar voren geschoven die achteraf symbolisch en niet doeltreffend zijn geweest”, zo staat in het manifest. De vereniging vraagt om een onbevooroordeelde vergelijking tussen calorieën, ongeacht waar deze worden ingekocht.