Gemiddeld genomen zijn vleesvervangers ongeveer net zo zout als dierlijk vlees uit dezelfde categorie. Maar plantaardige alternatieven bevatten minder verzadigd vet, minder calorieën en aanzienlijk meer voedingsvezels.
Ook hebben vleesvervangers een vergelijkbaar percentage energie uit eiwit.
Dit blijkt uit onderzoek dat ProVeg Nederland onlangs presenteerde. “Plantaardige burgers, gehakt, gehaktballetjes, (rook)worst, en spek scoren gemiddeld beter op de criteria van het Voedingscentrum voor vleesvervangers dan vergelijkbare dierlijke vleesproducten,” aldus de organisatie.
“Dierlijke kip scoort beter”
Bij shoarma en nuggets hebben de plantaardige producten een vergelijkbare score als de dierlijke. “Alleen bij de kipstukjes, kipfilet en schnitzel scoren de dierlijke vleesproducten gemiddeld beter,” aldus ProVeg. Veel vleesvervangers in deze categorieën voldoen echter wel aan de criteria van de Schijf van Vijf.
Het eiwitcriterium
In een persbericht vervolgt ProVeg Nederland: “Van de onderzochte plantaardige alternatieven voldoet 85 procent aan het eiwitcriterium voor van het Voedingscentrum. Als dierlijke vleesproducten langs dezelfde lat worden gemeten, voldoet 88 procent.” In zijn algemeenheid bevatten vleesvervangers voldoende ijzer en vitamine B12.
ProVeg vergeleek de voedingswaarde van 130 plantaardige vleesvervangers uit Nederlandse supermarkten met de voedingswaarde van hun bijbehorende vleesproducten, de zogenaamde ‘dierlijke referentieproducten’.
Kritiek op ProVeg-onderzoek
Er klinkt ook kritiek op het onderzoek van ProVeg. Die is afkomstig van Jan Buining van expertisecentrum de LeefstijlStraat. Volgens Buining zijn de criteria van het onderzoek te beperkt: ProVeg had de vleesvervangers op minstens 15 aspecten moeten vergelijken met de dierlijke producten. Daarnaast wijst Buining erop dat bij vleesvervangers sprake is van zogenaamde ultra processed foods ofwel foodproducten die veel industriële bewerkingen ondergingen.