Thuis frietjes bakken of oliebollen rond Oud en Nieuw; het gebruikte frituurvet verdwijnt nog vaak in de gootsteen of het toilet, zegt de Unie van Waterschappen. Dit zorgt voor grote problemen en hoge kosten.
Minder dan de helft van de Nederlandse huishoudens recyclet het frituurvet na het oliebollen bakken. Volgens MVO, de ketenorganisatie voor oliën en vetten, gaat het om 41 procent. In de horeca wordt 100 procent van het gebruikte frituurvet ingezameld.
Kleine restjes
Vet dat via de gootsteen of het toilet wordt weggegooid, veroorzaakt problemen in leidingen en bij de rioolwaterzuiveringen. Wanneer frituurvet door de gootsteen wordt gespoeld, gaat het gestolde vet aan de binnenkant van leidingen zitten. Zelfs kleine restjes kunnen al verstoppingen veroorzaken. Bij een verstopping thuis moet al snel een loodgieter gebeld worden. Waterschappen moeten vaak speciale bedrijven inhuren die vet verwijderen uit de persleidingen en gemalen.
Miljoenen euro’s
De zuivering en afvoer van oliebollenvet kost de waterschappen jaarlijks enkele miljoenen euro’s. De getallen verschillen per regio, maar een waterschap kan hier jaarlijks wel 2 ton aan kwijt zijn. Deze kosten worden via de waterschapsbelasting uiteindelijk door inwoners betaald.
Waterschappen roepen op om gebruikt frituurvet niet in het riool te gooien, maar in een (oude) verpakking in te leveren bij recyclepunten. Dan kan er biobrandstof van gemaakt worden, een vorm van groene energie. Nederland telt meer dan 2500 inzamelpunten.
