“We ontkennen niet dat er een gezondheidsprobleem is.” Dat zegt ProFri-directeur Frans van Rooij in het Algemeen Dagblad. Hij keert zich echter tegen het beeld dat enkele gemeenten, de landelijke overheid en voedingsdeskundigen oproepen.
“De oorzaak leggen bij friet, kroketten en hamburgers is te makkelijk. Het heeft alles te maken met leefstijl en dat doen we met z’n allen verkeerd.”
Manifest voor Blokhuis
Vakvereniging ProFri presenteert binnenkort een onderbouwd manifest in reactie op politieke pleidooien tegen met name cafetaria’s en fastfoodrestaurants. Hiermee wil ProFri de discussie breder trekken; de vakvereniging is het een doorn in het oog dat adviesorganen van de overheid als RIVM en RVS zonder degelijke onderbouwing cafetaria’s en fastfood steevast bombarderen tot de grote boosdoeners.
Van Rooij: “Wij hopen ons manifest binnenkort te kunnen overhandigen aan staatssecretaris Paul Blokhuis. We hebben opnieuw een verzoek hiertoe opnieuw ingediend in Den Haag. Daarnaast willen we het document aanbieden aan de wethouders van de vijf gemeenten, die steeds pleiten voor een wettelijk verbod op nieuwe snackbars en fastfoodrestaurants.”
“Feitelijk onjuist”
De gemeente Ede, die zes jaar geleden als eerste een wethouder voor foodzaken aanstelde, nam het voortouw bij het ‘demoniseren’ van cafetaria’s als belangrijke veroorzaker van overgewicht. Samen met de vier grote steden pleit Ede voor maatregelen om de groei van snackbars en fastfood te beperken.
Van Rooij in het AD: “Het is feitelijk gezien onjuist om fastfoodbedrijven te gaan weren. Veel eetgelegenheden vallen min of meer in de categorie fastfood, maar bij fastfood denkt iedereen meteen aan friet, kroketten of een hamburger, terwijl een tosti of een panini ook binnen die categorie vallen. Iedere keer wordt de snackbar of de cafetaria verkeerd gepositioneerd.”
