Met z’n hoevelen zijn we nu eigenlijk? Over het aantal friturende Nederlandse snackbedrijven doen verschillende getallen de ronde. Ronduit opzienbarend was het cijfer waarmee bureau Datlinq onlangs kwam.
Datlinq telde liefst 5602 cafetaria’s. Voorheen circuleerde er één cijfer. Dat was het getal van het Bedrijfschap Horeca; openbare informatie die voor iedereen toegankelijk was. Nadat dit bedrijfschap was opgeheven, nam het Kenniscentrum Horeca de databank over. Sinds kort is die in handen van het bedrijf Horeca DNA. Wie toegang wil, moet een abonnement afsluiten.
De laatst bekende cijfers uit deze databank: Nederland telt 4800 cafetaria’s. In 1997 was dit aantal op zijn hoogtepunt (5698). De laatste twintig jaar is sprake van een gestage daling. Echter: deze cijfers hebben alleen betrekking op cafetaria’s met zitplaatsen. Het voormalige bedrijfschap registreerde snackbedrijven zonder zitplaatsen niet. Datlinq maakt gebruik van eigen adresbestanden. Aangenomen mag worden dat de snackbars zonder zitplaatsen (Nederland telt nog ettelijke honderden kramen en wagens met vaste standplaatsen) zijn meegeteld. Ook Datlinq rapporteert een dalende tendens: in juli telde Datlinq 5602 cafetaria’s. In 2015 waren dat er 5671, in 2010 nog bijna 5800. Aldus Datlinq. Eén overeenkomst: beide databanken melden dat het aantal lunchrooms blijft groeien. Iedereen weet dat er de nodige cafetaria-achtige bedrijven zijn die zich tegenwoordig lunchroom noemen.
Dit artikel is reeds eerder verschenen in Frituurwereld Editie 2 – Winter 2016/2017