Q&A: 5 vragen over Productverbetering, zout, vet en smaak

Actueel, Achtergrond |
7 oktober 2024 |
Leestijd ± 1 tot 3 minuten

Minder zout. Minder suiker. Minder verzadigd vet. Meer vezels in voedselproducten. Dit streven wordt sinds 2022 bevorderd door het samenwerkingsverband Nationale Aanpak Productverbetering (NAPV). Begin deze maand lanceerde de NAPV het platform Productverbetering.nl.

5 vragen en antwoorden over Productverbetering.

1. Is dit nieuw beleid?

De doelstellingen van de NAPV betekenen een verdere ingreep op de smaak en recepturen van voedselproducten. Grote producenten startten al een kleine twintig jaar geleden met het geleidelijk zoutarmer maken van hun producten.

Het Nationaal Preventie Akkoord van eind 2018 werd breed door betrokken branches ondertekend om deze en andere veranderingen aan de receptuur te bespoedigen met als doel een koers richting verantwoorder voeding.

2. Wat vindt de overheid?

“Het platform is opgezet om de aanpak te verbreden en te versnellen onder bedrijven in de voedingsmiddelenindustrie en gezamenlijk de NAPV-doelen te bereiken,” aldus een persbericht van Productverbetering.nl. Het huidige kabinet bevordert het beleid, dat wordt aangejaagd door staatssecretaris Vincent Karremans van Jeugd, Preventie en Sport. In 2026 zal het ministerie van VWS de behaalde resultaten in kaart brengen.

3. Heeft dit invloed op smaak?

Via het platform worden methodes aangereikt om zout, suiker en verzadigd vet in voeding verder te miniseren en het vezelgehalte te bevorderen. De zogeheten productverbetering mist zijn impact op de productsamenstelling en dus de smaak niet.

Hoewel het beleid al breed invloed heeft op de smaakbeleving, is dit bij zakken chips uit de supermarkten misschien wel het meest merkbaar. Chips van veel bekende merken zijn de laatste jaren al veranderd in krokante snacks met nauwelijks meer smaakbeleving. Zout is dan ook van oudsher één van de belangrijkste smaakmakers.

4. Wat zegt de wetenschap?

Het beleid dat dus al lang geleden is ingezet, lijkt ten dele voorbij te gaan aan nieuwe internationale wetenschappelijke inzichten. Zowel met betrekking tot verzadigde vetten als zout zijn namelijk de internationale opinies heel anders dan pakweg twintig jaar geleden.

Niet alleen is op de vroegere inzichten ten aanzien van vetten in het algemeen en verzadigd vet in het bijzonder veel af te dingen, maar dit geldt zeker ook voor zout. Op het gebied van zoutgebruik en bijvoorbeeld bloeddruk zijn er veel nieuwe wetenschappelijke data.

De bekende Britse professor Tim Spector scheef nog onlangs in zijn boek Ingelepeld: “Bij de meeste gezonde mensen, leidt minder zout eten maar tot een verrassend geringe, klinisch verwaarloosbare afname van de bloeddruk.” Zout is volgens Spector niet of nauwelijks een probleem. Wel waarschuwt hij overigens tegen een deel van de zouten in extreem industrieel bewerkte voedselproducten.

5. Hoe zit dat in frituurbranche?

Via de horeca, cafetaria’s en fastfoodbedrijven werd al jaren geleden de campagne Zou’t wat minder kunnen? gericht op zoutreductie in gang gezet. Maar naast het beleid ten aanzien van zout, suiker, verzadigde vetten en vezels, is bovendien duurzaamheidsbeleid van invloed op de recepturen en smaak.

Afgezien van de doelstellingen van de NAPV, krijgt de frituurbranche ook volop te maken met beleid dat de stikstof-uitstoot moet beperken. Ook dit beleid is van invloed op de samenstelling en de smaak. Recent was bijvoorbeeld nog in het nieuws dat friet met schil door duurzaamheidsbeleid de norm lijkt te worden en bijvoorbeeld het vleesgehalte in frikandellen wordt teruggeschroefd.

Hier vind je: Productverbetering.nl

Tekst: Ubel Zuiderveld. Foto: UZ Media.