De Horeca Alliantie doet een klemmend beroep op het kabinet om de positie van starters in de horeca te verbeteren. Ondanks een onlangs gepresenteerd corona-steunpakket voor deze groep, dreigen toch veel starters alsnog buiten de boot te vallen.
Het gaat met name om jonge starters die in 2019 hun zaak hebben geopend. Een deel van hen grijpt nog altijd naast steun door een mismatch in de registratie. Bij de steunmaatregelen wordt de datum van inschrijving bij de Kamer van Koophandel als uitgangspunt gekomen, níet de daadwerkelijke openingsdatum van de zaak. In de praktijk kan tussen deze twee data wel enkele maanden tot een jaar verschil zitten.
Omzetverlies niet aantoonbaar
Pas na het tekenen van een huurcontract voor een nieuw bedrijf – waarvoor een KvK-inschrijving noodzakelijk is – vragen starters de benodigde vergunningen aan en kunnen ze beginnen met de verbouwing en inrichting. Dit betekent dat ná de inschrijfdatum nog een lange periode geen omzet wordt behaald. Omdat er geen omzet is kort na de inschrijfdatum, kunnen veel starters ook níet aantonen dat ze omzetverlies lijden. Hierdoor blijven ze verstoken van coronasteun.
Fictieve omzet
De Horeca Alliantie, waarvan ook vakvereniging ProFri deel uitmaakt, doet het kabinet een aantal suggesties om het omzetverlies van de starters wél inzichtelijk te maken. De eerste dag van opening (aantoonbare omzet) kan volgens de organisatie als uitgangspunt worden genomen. Ook zou een kwartaalomzet van recente datum in 2020 of een berekende omzet van een fictief kwartaal in 2019 als uitgangspunt kunnen worden genomen.