In de afgelopen jaren kon je regelmatig berichten lezen over Nederlandse en Belgische frietavonturen in Aziatische landen als China, Singapore en Hongkong. Nog steeds zijn er nieuwe initiatieven.
Zo liet het Veghelse frietconcept Pieperz weten de mogelijkheden in China te verkennen. Pieperz nam hiervoor een oud-topman van Sligro in de armen. Twee Vlaamse ondernemers waagden de sprong al. In april moet in de Chinese stad Guangzhou de eerste vestiging opengaan van hun concept Lucky’s Belgian Fries. De eerste Belg die in China een frietzaak opende, was de Brusselse kok Kevin Vanlancker. Hij begon in 2012 een frituur in Shanghai, maar moest deze in 2014 sluiten wegens te geringe belangstelling.
Twee Amsterdamse ondernemers willen Shanghai veroveren met Royal Patat, een concept met verse friet. Medio vorig jaar openden ze hun eerste vestiging. Al vermeld de website Royalpatat.com nog altijd “coming soon”, deze ene frietzaak bestaat nog steeds. Dit geldt ook voor de Potato Daddy-outlet van Eindhovenaar Martin Zwerts in Singapore. Maar van de steevast gepredikte snelle expansie, is nergens sprake. Kleinschalige initiatieven komen nu eenmaal lastig van de grond in Azië. Wat dit betreft kunnen ondernemers zich een boodschap van Rocco Ladage ter harte nemen. Voor zijn formule Bram’s Gourmet was veel Chinese belangstelling. “Wij hebben de knowhow en de aardappel, maar voor China zijn we als organisatie nog te klein,” zei Ladage eens in een interview.
Dit artikel is eerder gepubliceerd in het magazine Frituurwereld nummer 15 – Voorjaar 2020
