Deze maand overleed volkszanger Vader Abraham ofwel Pierre Kartner. Niet alleen schreef en zong hij evergreens als In ‘t kleine café aan de haven en ‘t Smurfenlied, maar ook was Kartner enige tijd een professionele frietbakker. Wat had hij en hebben andere Bekende Nederlanders met de frituur?
6 x BN’ers, friet en frituur:
1. Vader Abraham: Frietzaak in Zetten
Hoewel Vader Abraham menige meezinger zong, konden we er maar één vinden waarin friet aan bod komt. Dat is het veertig jaar oude lied “Ja ja, ik voel ‘t al”. Daarin zingt Pierre Kartner: “Mag ik je benen effe lenen. Ik ben zo moe tot aan m’n tenen. ’t Is zo’n lange polonaise. Geef mij maar friet met majonaise…” Ondanks dit ene lied heeft Kartner een directe connectie met de frituurwereld.
De volkszanger, opgeleid als banketbakker, heeft in het Betuwse dorp Zetten enige tijd een frietzaak gehad. Dat was enkele jaren voordat zijn zangloopbaan begon, de jaren zestig van de vorige eeuw. Op de plek waar Vader Abraham friet bakte, is heden ten dage nog altijd cafétaria La Plaza gevestigd.
2. Lil’ Kleine: De Belg in Amsterdam
Vader Abraham is lang niet de enige artiest die friet bakte. Zanger Koos Alberts (1947-2018, grootste hit Ik verscheurde je foto) had een snackbar in het Noordhollandse dorp Sint Pancras. Jorik Scholten ofwel Lil’ Kleine, net als Alberts een geboren Amsterdammer, is wel de bekendste zanger/rapper van de laatste jaren met een frietzaak.
In juli 2017 nam hij met een kameraad frietzaak De Belg over in de binnenstad van Amsterdam. De kameraad is Daniel Lam, zoon van de bekende frietbakker Rijk Lam die de ambachtszaak in 1987 opende. Hoewel Lil’ Kleine enkele maanden geleden nog prominent op de website van De Belg te zien was, is dat nu niet meer het geval. Zijn loopbaan kreeg een knauw na aangifte wegens mishandeling. Naar verluidt staat De Belg niet meer op Kleine’s naam: op de website staat de overleden oprichter Rijk Lam nu weer centraal.
3. Jochem Myjer: Zegt nu “patat”
Cabaretier Jochem Myjer is, althans zo lijkt het, onlangs bekeerd. Myjer was op bezoek bij schoolkinderen in Genemuiden om hen voor te lezen uit zijn nieuwste Gorgels-boek. Tijdens een vragenrondje, vroeg één van de kinderen Myjer naar zijn favoriete eten. “Frietjes!” riep Jochem uit. Hij werd gecorrigeerd door de kinderen van Genemuiden, want in Overijssel zeggen ze patat tegen friet. “Okay, patat,” zei Myjer. Het verhaal vertelt niet of de Leidenaar definitief is bekeerd van frietgelovige naar patatfanaat.
4. Hans Klok: Rekent restaurants af op hun friet
Illusionist Hans Klok is een groot fan van friet. Dat hij aan het begin van zijn loopbaan al eens optrad tijdens het event Cafetaria van het Jaar én op een feest van brancheorganisatie IJsfrica kan dus bijna geen toeval zijn. In een interview met NRC Magazine begin dit jaar zei Klok: “Ik kan erg genieten van patat. Eenvoud kan gewoon heel lekker zijn. En ik ben van de patatgeneratie, hè. Thuis aten we het elke zondag.”
Ja, naar een portie friet kan Klok echt uitkijken. Maar als het aankomt op zijn frietkeuze, is Klok kieskeurig. “In restaurants kijken ze erop neer, maar ik reken ze erop af,” zegt hij in NRC Magazine. “Heel vaak gaat het fout, dan is ie bijvoorbeeld overbakken.” De friet van McDonald’s vindt hij te slap. Klok zweert bij de verse friet van frietkot De Puntzak in IJmuiden, op een steenworp afstand van zijn bedrijfsruimte.
5. John de Bever: Fan van de Airfryer
Zanger en ex-profvoetballer John de Bever maakt furore met zijn reality-serie De Bevers. Daarin is te zien hoe John en zijn partner met een snackwagen op weg gaan naar Kroatië, met het plan er een Frikandellenbar te openen. Hoewel hij geen grammetje teveel weegt, is De Bever een eersteklas snaaier. Tijdschrift Linda inventariseerde het eetgedrag van John de Bever onlangs.
Hij is grootgebruiker van de Airfryer. “Viandellen, frikandellen, kleine pizzaatjes waar ik extra kaas op doe. Als ik thuiskom na een optreden, gaat de tv op Teletekst voor de voetbaluitslagen en zet ik de Airfyer aan. Vier minuten later is het klaar, nog een klets Belgische mayo op m’n snack en genieten maar. Lekker man.” Na de maaltijd uit de roterende luchtoven volgen nog wat avondsnacks: chocolade, een gevulde koek, soms nog een zak chips en dagelijks een Magnum.
6. Rob Kemps: Géén patat maar fríét!
Rob Kemps deed al in 2007 van zich spreken, omdat hij openbaar auditie deed voor TV-programma de Lama’s. Hij brak enkele jaren geleden uiteindelijk door met zijn hoempa-dance-meezing-act Snollebollekes. Toen hij vervolgens ook nog de televisiekwis De Slimste Mens won, werd hij definitief een BN’er. In zijn geboorteplaats Best werkte Kemps lang bij de bekende cafetaria De Bestse Snackbar. Hij begon er op zijn zestiende en bleef ongeveer zes jaar plakken bij De Bestse Snackbar.
“Het heet geen patat, maar fríét!” zei Kemps als echte Brabander al ooit tegen een interviewer van boven de grote rivieren. “Frietbakken is echt een mooi vak,” zei Kemps tegen dezelfde journalist. “Ik heb het over echt lekkere zelfgemaakte verse friet bakken met stoofvlees erbij. Het is heel bevredigend als je iemand daarvan kunt laten genieten. Ik wilde eigenlijk altijd profvoetballer worden, maar friet bakken kwam op een goede tweede plek. Als het niet anders kan of als het zo loopt, dan zou ik het zo weer gaan doen.”